Banjul



Woensdag 26 april

Om halfacht wakker en lekker ontbijten op het zonnige terras. We spreken af dat we met Lotti en Patty, twee meiden die bij ons in het hotel zitten, om een trip te maken. Eerst naar Bakau (krokodillenfarm), daarna Banjul (markt en lokale markt) en Serekunda (markt). Voor het hotel worden we aangesproken door een gids. We komen op een prijs uit van 500 dalasi per twee personen. Hij regelt een busje met chauffeur. Hobbelend rijden we als eerste naar Bakau. Als we Bakau binnen rijden beseffen we pas goed hoe arm het land is. Open riolen en overal golfplaten en zandpaden. Alleen de hoofdweg is verhard, de rest is zand. De vrouwen en kinderen die voor de "huisjes" zitten zwaaien vriendelijk. We bezoeken de krokodillenfarm. Hiervoor krijgen we een rondleiding door het museum, waar de gids alles vertelt over het leven in Gambia. De gids legt uit over bijgeloven en is zelf ook erg bijgelovig. Geintjes daarover stelt hij niet op prijs. Hij zegt er niets van, maar je ziet het wel aan hem. Ook vertelt hij over de besnijdenis bij kinderen. Deze kinderen worden 3 maanden naar een bos gestuurd om daar uiteindelijk besneden te worden. De fabel gaat als het kind niet huilt tijdens de besnijdenis hij later een goed soldaat wordt. De gids vertelt dat hij dit zelf heeft meegemaakt, maar dat de meeste kinderen het uitschreeuwen van de pijn. We lopen verder door het bos en komen bij een vijver, die vol ligt met planten. Hier en daar zien we iets grijs. Dit blijken de krokodillen te zijn. Op de kant van de vijver ligt --Charlie--. Deze krokodil is handtam. De gids vraagt of we hem willen aanraken. Na wat twijfel besluiten we dit toch maar te doen. Hij voelt hard aan de bovenzijde, en zacht en koud aan de onderkant. Als hij de bek open doet zien we vreselijke grote tanden. Bizarre gewaarwording. In de vijver liggen 100 krokodillen. Langzaam komt er beweging in de vijver en zien we dat er toch wel heel veel krokodillen in liggen. Verderop liggen er nog meer op de kant. Verder in het busje naar Banjul. Je ziet dat dit een grotere plaats is. De huizen zijn groter en van steen. Ook zijn er meer verharde wegen. In Banjul is een Arc de triomf, waar we naar boven kunnen klimmen. Je hebt mooi uitzicht over de stad. Verder naar de markt. Het is een grote markt in kleine straatjes. We komen uiteindelijk bij winkeltjes van de familie van de gids, waar we batik, houtsnijwerk en sieraden kunnen komen. De dames kopen er leuke dingen, ook al wilde Patty niet echt. Ze had een ontzettend laag bod gedaan op 3 schilderijtjes maar hij wilde ze toch verkopen voor die prijs. We lopen verder over de lokale markt en zien hier mooie kleurrijke vrouwen die echt niet op de foto willen. Ze worden zelfs boos als je hun groente op de foto zet. Later hoorde we dat ze denken dat wij de foto's verkopen voor een goede prijs. Daarom willen ze geld voor de foto. We maken dus maar stiekem foto's die uiteindelijk toch wel mooi zijn. De lokale markt is indrukwekkend. Het ligt er allemaal niet mooi bij en het ziet er donker en vies uit, maar dit is het echte leven. We zouden ook nog naar de markt in Serakunda gaan, maar het is heet en we hebben natuurlijk al een markt gezien. We besluiten om 15.30 uur terug te gaan naar het hotel, waar we een duik in het zwembad en iets te eten nemen. Lekker boekje en genieten van onze rust. In de avond eten we weer bij Rahin (Paradiso) We lopen aan de overzijde van de straat en worden al toegeroepen. Als ze eenmaal je naam weten roepen ze je al van verre. Onvoorstelbaar, maar dat is dan ook hun business. Het eten is weer heerlijk en op de weg terug spreken we met Simon. Hij is taxichauffeur die ook graag geld wil verdienen. Berry vertrouwd hem niet helemaal en later blijkt dat dit ook het geval is.


Het Apenbos

Donderdag 27 april

Ben al vroeg wakker en ga even op ons terras zitten voor de kamer. De temperatuur is goed. Alleen is het jammer dat de muggen nog niet weten dat de zon al op is en heel langzaam word ik opgevreten. Na het ontbijt lopen we over het strand naar het Apenpark. Als het aan de jongens op het strand ligt, moet je overal wat drinken en willen ze allemaal iets aan je kwijt, voor geld. Dit komt omdat het nu het rustige seizoen is. Het seizoen loopt van november tot en met maart, dus de mensen moeten geld verdienen aan de weinige toeristen die er nu nog zijn. Uiteindelijk gaan we met zijn tweeen het apenbos in en het is genieten. Ze komen gelijk naar je toe, maar omdat je niets te eten bij je hebt lopen ze langs je op en gaan hun eigen weg. Geweldig. Als we later terug komen is er een brutaaltje dat het wel spannend vind dat we foto's maken en komt tegen mij aanstaan. Als ik door mijn knieen ga komt hij/zij op mijn schouders zitten. Als ik niet wil dat hij aan mijn ketting en oorbellen zit, begint hij mij te vlooien. Verder zien we hagedissen en mooie vogels. Buiten het park is een lokaal tentje waar we een fanta drinken en lopen terug over het strand. Op het terras van het hotel aan het strand nemen we nog wat te eten en drinken. Het is hier heerlijk vertoeven. In zee voel je de onderstroming, ondanks dat de witte vlag uithangt. Hier wordt streng gecontroleerd omdat de stroming vaak zo sterk is dat je makkelijk afdrijft. Nog maar even aan het zwembad dan. De zon is fel en om niet te verbranden zoeken we de schaduw op. In de avond eten we weer bij Paradiso en Patty en Lotti zitten ook op het terras. Deze dames worden de hele dag lastig gevallen door mannen die met hen willen trouwen en worden dus ook overal achterna gelopen. Ook nu kwamen er weer jongens ongevraagd aan tafel zitten en besluiten ze ons als excuus te gebruiken om ervan af te komen. Het werkt. De jongens taaien af. Dit is wel een nadeel als je hier met 2 vrouwen komt. Het is wel goed voor je zelfvertrouwen. Terug naar het hotel en dansen in de hotelbar. Ook daar wordt je als dame lastiggevallen en betast. Jammer.

Onze Camper Ervaringen